Hoe zien de eerste uren na de bevalling eruit?
De bevalling zit erop, je hebt eindelijk je kindje in je armen! Direct na de geboorte leggen we je kindje bloot op jouw borst of op je buik. Als de conditie van jullie het toelaat, zal hij of zij hier sowieso het eerste uur na de bevalling liggen. Maar hoe zien die eerste uurtjes na je bevalling er precies uit? In deze blogpost gaan we daar uitgebreider op in.
Huid op huid contact
Huid op huid contact vormt de basis voor de hechting tussen moeder en kind. Daarnaast zorgt het voor de overdracht van goede (huid)bacteriën, een stabiele lichaamstemperatuur, een stabiele hartslag en ademhaling én verlaagt het de stresshormonen van je kindje. Huid-op-huid contact is effectief bewezen voor de regulatie van de bloedsuikerspiegel en heeft het een positieve invloed op de borstvoeding.
Je kindje wordt direct na de bevalling goed afgedroogd, hij of zij krijgt eventueel een mutsje op en er worden warme doeken over jullie heen gelegd. Allemaal om afkoeling van je kindje te voorkomen. Je kindje zal de eerste twee uur na de bevalling heel wakker en alert zijn en is aan het bijkomen van alle prikkels.
Hoe lang moet huid op huid contact duren?
Als de conditie van jullie beiden goed is, hebben we de eerste twee uur na de geboorte helemaal geen haast. Het is daarom belangrijk om de tijd te nemen om samen bij te komen van de bevalling, te wennen aan elkaar en te zorgen voor een goede binding. We streven ernaar om gedurende 2 uur onbeperkt huid op huid contact toe te passen. Wanneer je eventueel hechtingen nodig hebt, proberen we er voor te zorgen dat je kindje tijdens het hechten gewoon bloot bij je op de borst ligt. Enerzijds ter afleiding, anderzijds om dit natuurlijke proces niet te onderbreken (tenzij van primair belang voor moeder en/of kind).
Helaas is het niet altijd mogelijk om direct na de geboorte van je kindje (gedurende 2 uur) huid op huid contact toe te passen. Een voorbeeld hiervan is een dringende medische interventie bij jou, zoals teveel bloedverlies na de bevalling en/of een vastzittende placenta (moederkoek). In zulke situaties wordt aan je partner gevraagd om huid op huid contact toe te passen. Dit zodat je kindje alsnog van dit eerste fijne contact kan genieten totdat jij zelf in staat bent dit (weer) over te nemen.
APGAR-score
Kleur: Wanneer je kindje nét geboren is, zal hij/zij voor het eerst gaan ademhalen. Dan komt ook de doorbloeding op gang, maar dit heeft even tijd nodig. Daarom worden de meeste baby’s met een wat blauw-paarsige kleur geboren. Zodra de baby adem begint te halen, zal hij/zij roze kleuren. Een normale, gezonde huidskleur bij een pasgeboren baby is biggetjes roze en geeft dan ook 2 punten. Wanneer het lijfje mooi roze is, maar de armen en/of beentjes nog wat blauwig zijn, zal hij/zij 1 punt krijgen. Dit is overigens heel normaal. Een goede doorbloeding in de ledematen heeft wat meer tijd nodig. De meeste kindjes hebben daarom 1 minuut na de bevalling niet direct 2 punten op het gebied van kleur, maar vaker 1 punt. Wanneer je kindje een bleke of blauwe huidskleur heeft (dus niet alleen de ledematen) zal hij/zij 0 punten krijgen.
Ademhaling: Wanneer je kindje huilt en goed doorademt krijgt je kindje direct 2 punten. Een zwakkere, hijgerige ademhaling geeft een score van 1 punt en wanneer je kindje niet op eigen kracht kan ademhalen, krijgt het voor dit onderdeel 0 punten.
Hartslag: Voor een hartslag van meer dan 100 slagen per minuut (normaal voor een pasgeboren baby), krijgt je kindje 2 punten. Een hartslag van minder dan 100 slagen per minuut geeft 1 punt en geen (hoorbare) hartslag, geeft 0 punten.
Spierspanning: Vaak beweegt je kindje goed om zich/haar heen met armpjes en beentjes. Dat betekent dat er een goede spierspanning is (2 punten). Wanneer je kindje weinig met de armpjes en beentjes beweegt, zal hij/zij 1 punt krijgen. Een kindje dat slap is en daarmee niet beweegt met armen en benen, zal 0 punten krijgen.
Reactie op prikkels/reflexen: Het is belangrijk dat je kindje na de geboorte goed reageert op prikkels als geluid, licht, aanraking (het afdrogen bijvoorbeeld). Veel pasgeboren baby’s reageren hierop door te huilen en/of te hoesten. Daarmee krijgt je kindje dan ook 2 punten. Wanneer je kindje minder adequaat reageert op prikkels, zal hij/zij 1 punt krijgen. Wanneer hij/zij niet reageert op de gegeven prikkels zal hij/zij 0 punten krijgen.
Na de geboorte van je kindje bepalen we een Apgar score. We bepalen deze Apgar score op verschillende tijden; 1 minuut, 5 minuten en 10 minuten na de geboorte. Hierbij kijken we naar de kleur van je kindje, de ademhaling, hartslag, de spierspanning en zijn/haar reactie op prikkels ofwel de reflexen. Voor ieder onderdeel kan je kindje 0-1-2 punten krijgen. We kunnen vaak in 1 oogopslag zien hoe het met je kindje gaat. Wanneer hij of zij minder adequaat reageert op de gegeven prikkels of we willen dat je kindje even goed doorhuilt/doorademt (voor een goede ademhaling en daarmee een goede doorbloeding), zullen we hem of haar even flink stimuleren/prikkelen. Dit doen we door de baby goed af te drogen en/of de voetjes flink te ‘kriebelen’. De meeste pasgeboren kindjes hebben een eerste score tussen de 7 en de 10. Bij een Apgar Score van 4-6 kan het zo zijn dat je kindje tijdelijk opgenomen wordt en/of andere medische hulp nodig heeft. Wanneer er sprake is van een Apgar score lager dan 4, zal er behandeling van een kinderarts nodig zijn.
De eerste borstvoeding
Wanneer je kindje zo rond de uitgerekende datum is geboren en na de bevalling een goede conditie heeft, is hij of zij volledig in staat om zelf op zoek te gaan naar je borst. De eerste twee uur na je bevalling is ‘ie heel alert, daarom proberen we je kindje ook binnen deze tijd voor het eerst aan de borst te leggen. Natuurlijk zullen wij je hierin ondersteunen waar nodig. Onze ervaring is dat de volgende voedingen dan ook beter verlopen.
Na de geboorte zal je kindje bijkomen van alle prikkels en zal je op een gegeven moment opmerken dat ‘ie zijn/haar hoofdje begint op te tillen. Daarnaast zie je dat je ‘ie zijn/haar handjes naar het gezichtje toe beweegt. Door de bevalling heeft je kindje namelijk een hoge concentratie adrenaline in zijn/haar lijf. Hierdoor zal hij of zij snel het natuurlijke instinct om te zuigen vertonen. Je kindje zal steeds krachtiger het hoofdje optillen en weer neerleggen. Vervolgens zal hij of zij langzaam naar je borst toe kruipen, op zoek naar je tepel. Wanneer je je kindje dit zelf laat doen, zal het er wat onhandig uitzien maar je kindje is vastberaden en zelfstandig in staat om bij je tepel in de buurt te komen. Veel ouders kiezen ervoor hun kindje op dat moment te ondersteunen en naar de tepel te begeleiden. Eenmaal (zelfstandig of met begeleiding) bij de tepel aangekomen, zal je kindje duidelijke hapbewegingen maken. Je ziet je kindje zijn/haar tong uitsteken, likken/sabbelen, snuffelen én dan een grote hap nemen om de tepel in zijn/haar mond te nemen. Volgende week zullen we dieper ingaan op de borstvoeding, de basisprincipes en aanlegtechnieken.

Je kindje nakijken
Ongeveer 1 tot 2 uur na je bevalling zullen we je kindje van top tot teen helemaal nakijken (lichamelijk onderzoek). Dit wordt over het algemeen altijd gedaan in dezelfde kamer als waar je bevallen bent. We zorgen ervoor dat het lichamelijk onderzoek wordt uitgevoerd in het bijzijn van (één van) de ouder(s). Tijdens het lichamelijk onderzoek kijken we goed naar de kleur van de huid, eventuele oneffenheden, stuwing, vocht en de eventuele aanwezigheid van kleine puntbloedingen/mongolen vlek en/of andere huid(kleur)afwijkingen. We kijken goed naar de ogen (onder andere de grootte, stand en vorm), de neus, de mond (eventuele aanwezigheid van een hazenlip, open kaak en/of gehemelte), de kin, de hals, de romp, de navelstreng, de rug, de ledematen en hoeveelheid vingers en tenen. Daarnaast kijken we goed naar de toegankelijkheid van de anus en het geslacht van je kindje waarbij we bij jongens tevens voelen of de balletjes goed zijn ingedaald.
Tijdens het lichamelijk onderzoek zullen we de lichaamstemperatuur (rectaal), de hoofdomtrek en het lichaamsgewicht van je kindje meten. Ook zullen we kijken naar de reflexen van je kindje: grijpreflex, schrikreflex, zuigreflex en loopreflex. Wanneer er tijdens het lichamelijk onderzoek afwijkingen aan het licht komen en/of de verloskundige twijfelt over zijn/haar bevindingen, zullen jullie hier uitleg over krijgen en zal (indien noodzakelijk) de kinderarts mee beoordelen.
In overleg met jou/jullie zal je kindje vitamine K toegediend krijgen (geen prik, maar enkele druppels in het mondje). Vitamine K helpt bij de bloedstolling van je kindje. Hij/zij zal een luier om krijgen en eventueel, indien gewenst, kleertjes aan. Het is overigens ook nog mogelijk om je kindje hierna weer bloot bij jou of bij je partner op de borst te leggen.
Wanneer mag je weer naar huis na de bevalling?
Na een poliklinische bevalling
Wanneer je bevalling ongecompliceerd verlopen is, is het over het algemeen zo dat je een uur of 4-5 na je bevalling naar huis mag. Na je bevalling krijg je wat te eten en te drinken. Vaak zal je een uur of 2-3 na je bevalling rustig op het bedrandje gaan zitten. Vervolgens langzaam gaan staan (rustig aan, want het kan best zijn dat je een beetje duizelig bent) en je even afdouchen. Probeer onder de douche of op het toilet ook gelijk te plassen. We willen namelijk dat je binnen 6 uur na de bevalling geplast hebt. Tijdens het opstaan en douchen zal je ondersteund worden door de verloskundige/verpleegkundige/kraamverzorgende. Uiteraard is er ook even de tijd om dierbaren langs te laten komen. Wanneer je je goed voelt, mag je hierna naar huis. Je krijgt dan goede belinstructies mee zodat je weet wanneer je aan de bel moet trekken.
Het kan dus zo zijn dan je aan het begin van de avond bevallen bent en je tegen de nacht naar huis mag. Niet alle kraambureaus komen je dan thuis direct ondersteunen. Veel kraambureaus komen de volgende ochtend voor het eerst. Dat betekent dat je die eerste uurtjes wel alleen met de baby bent. Natuurlijk is je verloskundige 24/7 te bereiken, maar wel is het handig om iets te weten over de periode ná de bevalling. Lees je daarom goed in, vraag om informatie, volg een cursus! Bij Bevalwijzer verzorgen we ook een cursus over de eerste periode na de bevalling en over de borstvoeding: De Kraamwijzer cursus.
En wat dan als je thuis bevallen bent?
Wanneer je thuis bevallen bent, zal de verloskundige (uiteraard enkel en alleen als alles goed gaat) na een uur of 3 weer weg gaan. Ook na een thuisbevalling krijg je duidelijke belinstructies van haar. Afhankelijk van de tijd waarop je bent bevallen en het kraambureau, zal de kraamverzorgende na je bevalling blijven voor de eerste kraamzorg dag.
Tips
Tips!
Tijdens mijn werk als verloskudige ben ik geregeld situaties tegen gekomen waar je als ‘pasgeboren ouders’ rekening mee kunt houden. Vandaar dan ook een aantal tips voor jullie.
- Bel dierbaren nádat de placenta geboren is en er gekeken is of je gehecht moet worden. In sommige gevallen komt de placenta niet spontaan. De placenta moet er echter wel uit en dat betekent dan ook dat je nog naar de operatiekamer moet om deze te laten verwijderen. Dit doen ze overigens niet met een snede in je buik, maar vaginaal. Je gaat dan voor korte tijd onder narcose. Hetzelfde geldt voor het eventuele hechten. Na de bevalling zullen we kijken óf er hechtingen nodig zijn en daarnaast of wij als verloskundigen dit zelf kunnen hechten. Het komt niet vaak voor, maar als je een gecompliceerdere ruptuur hebt die naast de huid (en spier), de kringspier geraakt heeft, is dit iets wat de gynaecoloog hecht. Dit gebeurt meestal ook even op de operatiekamer waarbij jij zelf een roesje krijgt. Als dierbaren al gebeld zijn en jij moet enige tijd ná de bevalling nog naar de operatiekamer, kan dat onhandig zijn.
- Wanneer jij of je vrouw wegens complicaties of bovenstaande gevallen nog naar de operatiekamer, betekent dat dat jij als partner enige tijd alleen bent met de baby. Zorg dan zelf voor huid op huid contact en neem alles in je op. Laat foto’s maken door de verpleegkundige/ verloskundige of kraamverzorgende. Wanneer je vrouw terug komt van de operatiekamer, vraagt ze vaak hoe de afgelopen minuten/uren zijn geweest. Het is daarom fijn als al die momenten opgenomen zijn.
- Denk hierbij ook even aan familie. Soms vinden vrouwen en/of partners het fijn om familie alvast op de hoogte te stellen of dat zij al aanwezig zijn in het ziekenhuis. Wanneer je kindje geboren is, zijn zij onwijs nieuwsgierig en willen je kindje graag zien. Wanneer jij, vanwege wat voor reden dan ook, nog even mee wegens complicaties, komt het nog wel eens voor dat je partner erg enthousiast is. Hij/zij wil je kindje aan heel de wereld laten zien en heeft totaal geen kwade bedoelingen. Het kan voorkomen dat hij/zij, uit enthousiasme, je kindje al aan de familie laat zien. Als je dan als pasbevallen vrouw terug komt op de verloskamer, kan het heel vervelend zijn als de kamer vol zit met dierbaren en zij hebben je kindje allemaal al gezien, vastgehouden en/of aangeraakt (of je hoort dit van je partner). Bespreek dit dus goed met elkaar. Sommige vrouwen hebben hier totaal geen moeite mee, maar ik kan het me ook voorstellen wanneer je dit wel vervelend zou vinden.
- Zorg ervoor dat je goed weet wanneer je de verloskundige moet bellen. De eerste uurtjes zijn intens en mega spannend. De verloskundige zal, voordat hij/zij weg gaat, goede belinstructies geven. Indien er onduidelijkheden zijn, vraag hier dan goed naar.
- Zorg ervoor dat je iets weet over de periode ná de bevalling. De kraamperiode, controles van de baby, maar ook zeker (indien je borstvoeding wil gaan geven) de borstvoeding. Dit geeft vaak in de kraamperiode meer rust. Je kunt informatie op het internet lezen, maar zorg er dan wel voor dat dit betrouwbare informatie is. Je kunt ook een cursus volgen, bij Bevalwijzer of natuurlijk elders.
Blogpostfoto: Lisa Joy Kruis, mama van Luá en Yma